Skype-interview met Ira von Harras
In 2010 werd ze uitgeroepen tot Duurzaamste MBO-docent. Sindsdien is haar carrière in een stroomversnelling geraakt. Ze begon als Duurzaamheidsambassadeur, waar ze van haar werkgever Scalda (voorheen ROC Zeeland), twee uur in de week voor kreeg. Dit naast haar lesgevende taken. Inmiddels bekleedt zij een fulltime functie als duurzaamheidscoördinator.
Wanneer ben je geïnteresseerd geraakt en aan de slag gegaan met duurzaamheid?
“In 2009 stond in een nieuwsbrief van het Economisch college een oproep voor een Duurzaamheidsambassadeur. Ik werkte toen als docent Leren, Loopbaan en Burgerschap en weet nog goed dat ik dat een vage omschrijving vond. Want wat is nou eigenlijk een ambassadeur? En wat is nou eigenlijk duurzaamheid?’
Hoe ben je dan toch in die functie terecht gekomen
“Mijn directeur vroeg aan mij waarom ik niet gereageerd had, omdat hij vond dat de functie echt op mijn lijf geschreven was. Ik heb hem toen gevraagd of hij mij wilde uitleggen wat duurzaamheid dan echt inhield en wat hij bedoelde met ambassadeur. Toen kwam ik er achter dat ik in deze nieuwe functie helemaal geen sturing kreeg en het helemaal zelf mocht gaan invullen. Dat voelde als een vrijbrief. Ik vond dat heerlijk, omdat niemand mij zou vertellen wat ik moest gaan doen. Dat mocht ik gewoon helemaal zelf bepalen. Als docent moet je namelijk wel heel veel dingen doen die je opgelegd krijgt en waar je je aan moet houden. Dus dat vond ik heel gaaf.
Wat gebeurde er toen?
“Binnen een jaar werd ik uitgeroepen tot duurzaamste MBO-docent. Toen raakte ik helemaal op dreef! Iedereen reageerde ook super enthousiast. Ik kreeg daar op dat moment twee uur in de week voor, maar had ambities genoeg voor een fulltime functie."
Hoe ben je toen in de functie ‘duurzaamheidscoördinator’ terecht gekomen?
“Op het moment dat ik uitgeroepen werd tot de duurzaamste MBO-docent, toen werd ik pas echt ‘gezien’. Ook buiten mijn eigen college. Ik werd toen uitgenodigd door de toenmalige inkoper van onze instelling, Henk de Vries. Hij heeft mij toen uitgenodigd om een paar uur met hem te werken over duurzaam inkopen. Zo is het balletje gaan rollen.”
Wat betekent het woord duurzaam voor jou?
Voor mij als persoon koppel ik duurzaam aan bewust en integer. Mijn nadruk ligt vooral op de milieuvriendelijkheid en de menselijkheid. De profit kant van duurzaamheid gebruik ik vooral om anderen te overtuigen.
Ik vind maatschappelijk verantwoord ondernemen een beetje een jeukterm, maar de gedachte erachter vind ik juist wel weer goed. Het nadenken over de keuzes die je maakt, en je daar zelf goed bij voelen omdat je de juiste hebt gemaakt.”
Iedereen heeft volgens mij een ander beeld bij het woord duurzaamheid, klopt dat?
“Dat is precies waar ik in het begin tegen aan liep. Een heel groot deel van de mensen denkt ‘O jee…daar komt weer zo’n duurzaamheidsfanaat. Maar ik ben niet degene die binnenkomt en de lichtknopjes uit doet, ik ben degene die laat zien wat er juist cool, hip en sexy is aan duurzaamheid!”
Wat is er dan zo cool, hip en sexy aan?
Op studentniveau speelde ik hier op in door uit te leggen dat je je positief kunt onderscheiden door te kiezen voor verantwoorde producten. Denk maar eens aan de return to sender campagne van de Hema. (Katja Schuurman) of de conscious-lijn van Hennes & Maurits (HM). Dan blijkt duurzaamheid ineens cool, hip en sexy te zijn.
Dat probeerde ik de studenten over te dragen.”
En, werkte dat?
“Ja! Naar de studenten toe was dat een succes. Door deze voorbeelden liet ik zien dat je geld kunt verdienen met duurzaamheid.
Er waren er altijd een paar in de klas die er heel enthousiast van werden. Zij kwamen dan naar mij toe om over het onderwerp door te praten. Wat als gevolg had dat de andere studenten niet achter konden blijven, erbij wilden horen en dus ook mee gingen doen. Het is eigenlijk een heel interessant psychologisch effect waar je op kunt inspelen."
Wat moet je nou kunnen om duurzaam succesvol te zijn?
Het is handig dat ik mij goed in andere personen kan inleven op alle niveau's van de organisatie. Van conciërges tot directeur, van docenten tot college van bestuur. Ik weet waar zij gevoelig voor zijn. Zo kan ik instituut breed inspelen op actuele onderwerpen, maar ook heel concreet, praktisch adviseren op alle niveau's.
Ik vind het belangrijk dat alle collega's zich mede eigenaar gaan voelen van duurzaamheid gekoppeld aan hun werk en/ of expertise.
Wat bedoel je daar mee?
“Toen ik coördinator duurzaamheid werd, werd alles wat maar iets met duurzaamheid te maken had automatisch op mijn bureau gelegd. Binnen een half jaar is dat eigenlijk helemaal omgeslagen. Dat komt omdat ik de verantwoordelijkheden bij de juiste personen heb weten te leggen. Als er een boekje binnenkomt over duurzame gebouwen, dan gaat dat naar de manager van de facilitaire dienst. Dan is het prima dat hij naar mij toe komt om te sparren, maar het is wel zijn verantwoordelijkheid en hij neemt de beslissingen.”
Ik kan bijvoorbeeld niet zelf een inkoopbeleid opstellen. Daar hebben ze bij de afdeling inkoop veel meer verstand van, het is dan logischer dat zij dat zelf oppakken.
Wat is jouw taak dan als duurzaamheidscoördinator?
“Ik probeer heel dienstverlenend te zijn, maar ik probeer er tegelijkertijd voor te zorgen dat duurzaamheid in de gehele organisatie toegepast wordt. De opdracht, die ik gekregen heb van mijn CvB, is om duurzaamheid te implementeren in het onderwijs en in de diensten. Dus aan de ene kant ben ik heel erg top down aan het werken. Dit door te zorgen dat alles in het beleid vast zit, zodat iedereen eigenlijk wel moet. Maar top down roept altijd wel een hoop weerstand op, dus probeer ik op de werkvloer mensen te adviseren en te enthousiasmeren.
Jij zegt dat het wel vaak weerstand op roept, hoe ga je daar mee om?
“Ik lach het altijd een beetje weg, maar ik vind het wel heel moeilijk.
Als ik ergens kom en mensen horen wat ik doe dan reageert men vaak met: ‘Jeetje jij wordt vast boos als ik mijn kauwgom op de grond gooi’. Ik vind dat ook echt niet leuk.
Ga je dan uitleggen wat je wel doet?
“Dat deed ik in het begin wel. Dan ging ik mijzelf heel erg verdedigen.Dat doe ik nu niet meer, omdat ik zelf vind dat ik mijn werk heel goed doe. Ik hoef ook niet iedereen te overtuigen.
Een van de successen is dat Scalda duurzaamheid heeft omarmd. Dat maakt het voor mij wel een stuk gemakkelijker. Er is eigenlijk niemand die bij mij op het werk zegt ‘wat belachelijk’. Maar buiten de organisatie kom ik dat vaker tegen.”
Was je zelf eigenlijk altijd al geïnteresseerd in duurzaamheid?
Als ik eerlijk ben nee, niet echt. Van nature probeer ik wel bewust en integer te leven, als je dat vertaalt als duurzaam. Ik heb me ook altijd wel bezig gehouden met milieuzaken op zich, maar ik was bijvoorbeeld geen enorme voorvechter van het afval scheiden of het bewuster met de auto rijden.”
Is dat inmiddels veranderd?
“Ja. Door met duurzaamheid aan de slag te gaan ben ik ook zelf duurzamer gaan leven, maar ik noem mijzelf niet het prototype duurzame vrouw. Ik scheid mijn afval en ik probeer zoveel mogelijk mijn fiets te pakken. Het is voor mij echt een kwestie van prioriteiten stellen. Een collega zei ooit tegen mij ‘Als jij dan zo duurzaam bent, waarom kom je dan met de auto naar je werk?’. Dan kaats ik dat terug door te zeggen dat ik dan de tijd heb om mijn dochtertje naar school te brengen en een dikke kus te geven. Dat is voor mij minstens zo belangrijk! Ik beslis dat zelf. Ik zet me in voor een duurzame toekomst, maar dan wel op mijn manier.”
Is dat ook wat je aan anderen over wilt dragen?
“Ja! Ik heb zelf ook moeite met het belerende vingertje. Ik vind dat je dat gewoon zelf mag bepalen. Dat probeer ik ook aan anderen over te dragen. Als mensen denken dat ze iets goeds doen, dat motiveert dat ze. Als ze altijd maar denken van ‘O jee, nu doe ik het allemaal niet goed en door wat ik doe gaat het allemaal zo slecht met het milieu’, dan houd je het niet vol.”
Links: Ira von Harras, duurzaamheidscoördinator Scalda. Rechtsonderin: Lotte ten Berge.