De geschiedenis van duurzaamheid

Korte inleiding
De geschiedenis van duurzaamheid
De recente wereldgeschiedenis en duurzaamheid
De recente Nederlandse geschiedenis en duurzaamheid 

Korte inleiding

Goud werd vroeger door middel van het zeer giftige kwik op voorwerpen gedampt nu gebeurt dat o.a. door lijmen (bladgoud).
Eerst poepte men op straat, later werd de poep met een strontkar opgehaald, nu wordt via de riolering eerst gezuiverd.
Zeer brandgevaarlijke houten huizen gingen met meerdere in vlammen op tot gebruik van baksteen werd verplicht.

Voorbeeld van duurzaam bouwen zijn wel de piramides van Gizeh van de oude Egyptenaren. Ze staan er na 4500 jaar nog steeds!
Verlichting maakten we via open vuur met branden tot gevolg. Met de elektriciteit/gloeilamp veranderde dit ten goede.
Elektriciteit put de natuurlijke hulpbronnen uit en zorgt voor luchtvervuiling. Vroeger gebruikte men meer spierkracht. 

Hedendaagse hulpmiddelen zijn gemaakt van kunststoffen gemaakt uit aardolie, vroeger gebruikte men meer duurzaam hout.
Aardolie als basis brandstoffen zorgt voort opwarming aarde, vroeger paste men mens-, dier-, wind- en waterkracht toe.
Intensieve veehouderij veroorzaakt dierenleed en meststofprobleem, vroeger ging men op jacht voor duurzaam stukje vlees.
Industriële revolutie:veel goeds voor velen, maar ook uitbuiting, misstanden en vervuiling, vroeger meer zelfredzaamheid. 

Industrialisatie, de Franse Revolutie, de natiestaat en de democratie hebben het Europa van de negentiende en vroege twintigste eeuw gemoderniseerd. Na twee wereldoorlogen kende Europa een ongekende economische bloei, ondersteund door een rappe groei van de consumptie en de uitvinding van de wegwerpmaatschappij. De westerse industrielanden kwamen in een opwaartse spiraal terecht die bekendstond als het ‘Wirtschaftswunder’ [economisch wonder] en proberen sindsdien deze toestand te handhaven respectievelijk steeds opnieuw tot stand te brengen. Dat is de laatste decennia goed gelukt, maar sinds een tijdje bederft de rekening hiervan onze pret: microplastics in de oceaan, glyfosaat in ons voedsel, CO2 in de atmosfeer, en dat allemaal met wereldwijde consequenties. En we willen gewoon meer! Iets anders dan nóg meer groei en nóg meer welvaart kunnen we gewoon niet bedenken.
We zijn blijven steken in de negentiende eeuw met optimale strategieën voor waardecreatie en winstmaximalisatie.


De geschiedenis van duurzaamheid

De eerste studies van betekenis over milieuwetenschap werden uitgevoerd in het laatste kwart van de 18e eeuw. George Louis Leclerc publiceerde in 36 delen het Histoire Naturel (History of Nature) tussen 1749-1788.  In die tijd was de vernietigende rol van de mens nog niet bekend omdat de boeken zijn geschreven in een tijdperk van voor de industrialisatie.  In diezelfde tijd zag Thomas Malthus (1766-1834) al wel de negetieve gevolgen van de ongecontrolleerde groei van de bevolking en hij was pessimistisch over de toekomst.  In het begin van de 19e eeuw komen mensen tot milieu determinisme waarin natuurlijke condities effectiever zijn in de evolutie van levende wezens dan sociale determinanten. Charles Darwin (1809-1882)  kan vervolgens gezien worden als een mijlpaal in de geschiedenis van het milieu (Pepper, 1996)

Hij zag dat het milieu de kracht was die planten en dieren schiep en dat competitie tussen dieren de overlevingskansen verbeterde. De evolutietheorie was geboren. Die stelt dat planten en dieren bij toeval variaties krijgen maar dat de best aangepasten overleven en dat dat de kracht is waardoor nieuwe soorten ontstaan. Uiteindelijk is de strijd om het bestaan en de competitie tussen de best aangepasten de drijfveer in de natuur. Het leidt tot systemen in een dynamisch evenwicht. Hiermee was de transitie van (homocentrische) antropocentrische naar ecocentrische benaderingen geboren.  

Gedurende deze periode begon men meer en meer in te zien dat de mens niet zo onschuldig was als men dacht. Milieuproblemen werden juist veroorzaamt door de mens.  B.v. George Perkins Marsh benaderukte de destructive gevolgen van mensen op de natuur in 1850  In dezelfde periode ontwikkelde Haeckel (1866), die ongeveer hetzelfde dacht als Darwin, het concept van ecologie.

de geschiedenis

Wat we doen aan de ene kant van een ecosysteem kan effecten hebben in andere delen.

Geinspireerd door naturalisten als Thoreau (1817-1862) en John Muir (1838-1914), begon milieubewustzijn zich over de westerse wereld te verspreiden.  Er werden nationale parken uitgeroepen in Australia, New Zeeland en Canada. In Engeland werden de eerste natuurbehoudorganisaties opgericht zoals de Royal Society for the Protection of Birds (1893) en de National Trust in 1894.

Leopold (1887-1849) dacht dat in de wildernis spirituele plaatsen te zien en dat het verlies van wildernis het verlies van spiritualiteit betekende. Hij leverde een belangrijke bijdrage aan het idee dat de mens niet de heerser is van het universum, alleen van delen ervan en hij bracht verbindingen tot stand met de ethiek en de natuur-mens relatie. Hij vond dat we ons tot de natuur moesten verhouden zoals we tot onze naasten verhouden. Vooral zijn beroemde artikel The land ethic(1949) vormde de fundering voor ecocetrische benaderingen. Hij stelde dat iets goed is als het de integriteit, stabiliteit en schoonheid van een biotische gemeenschap behoudt. Het is fout als het neigt naar iets anders. (Leopold, 1949).

Binnen honderd  jaar was een klein aantal mensen er in geslaagd milieubewustzijn op te wekken in de hele wereld. Maar tot de 1960iger jaren werd die bezorgheid niet omgezet in georganiseerde bewegingen. Veel literatuur is het er over eens dat een mijlpaal daarin was het boek van Rachel Carsons, Silent Spring (Taylor, 2005). Dit boek beschrijft de langzame maar absolute vergiftiging van het milieu door pesticiden en met name DDT.  De boodschap die de titel geeft is duidelijk. Ooit komt er een lente zonder leven. Ze beschreef in detail hoe chemicalien als DDT in de voedselketen terecht kwam en zich opstapelde in de vetten van dieren inclusief de mens, resulterend in kanker. Ze werd bekritiseerd vanuit de chemische industrie maar uit onderzoek bleek dat ze gelijk had. De wetenschap bewees dat het milieu wordt beschadigd door de mens. Tot dan toe waren milieuproblemen issues voor een kleine groep mensen. Door deze publicatie begrepen mensen dat hun eigen leven op het spel stond en dat het niet langer ontkend kon worden.  Vandaar dat men kan zeggen dat de milieubeweging geboren werd naar aanleiding van Rachel Carsons boek Silent Spring.

Vergelijkbaar beargumenteerde Garret Hardin in zijn boek Tragedy of Commons  dat je het milieu moet verzorgen als een vrije hoeveelheid goederen en services. (Pepper 1996:5).  In zijn artikel Living in a Life Boat (1974) stelt hij dat het helpen van arme landen leidt tot een groei in de bevolking en menselijk leed (Hardin, 1974). Paul Ehrlich (1968) waarschuwde dat als de bevolkingsgroei niet onder controle komt we onvermijdelijk een ramp tegemoet gaan in een parallel met de Malthusiaanse benadering.

Deze discussies waren belangrijk en resulteerde uiteindelijk in de Club van Rome. Hun eerste rapport Limits to Growth werd gepubliceerd in 1972 en het beschrijft de consequenties van de uitputting van grondstoffen. Het rapport geeft verschillende scenarios door vijf variabelen te bekijken als technologie, bevolking, voeding, natuurlijke hulpbronnen en energie. Er wordt gefocust op de beperktheid van de natuur en haar bronnen in relatie tot de bevolkingsgroei en de consumptiepatronen.  Hoewel het boek heeftig werd bekritiseerd werd voor het eerst gepubliceerd dat ontwikkeling in balans moet zijn met de eindigheid van natuurlijke hulpbronnen.

Als gevolg van de snelle toename van milieuproblemen en de impact van het boek van de Club van Rome werd er in 1972 in Stockholm een bijeenkomst georganiseerd genaamd  the United Nations Conference on Human Environment.  Het was het eerste event waarin het milieu het belangrijkste issue was op international niveau. Het bracht zowel ontwikkelde als ontwikkelingslanden bij elkaar omdat men begon in te zien dat en behoefte bestond aan een gemeenschappelijke visie en gemeenschappelijke principes die de mensheid inspireert en richting geeft in het behoud en verbetering van het menselijk milieu. Internationale samenwerking was ook nodig om middelen te creen die ontwikkelingslanden nodig hebben om hun verantwoordelijkheid op dit gebied te kunnen nemen. De Conferentie roept alle regeringen en mensen op om gemeenschappelijke inspanningen te leveren om het menselijk milieu te behouden en te verbeteren.   

Met het opzetten van niet-gouvernementele organisaties speciaal voor milieu items ontstond een de milieubeweging. Ze begon haar eigen probleemgebied te definieren. Sinds die tijd beamen grote groepen mensen in verschillende posities en in verschillende landen dat milieubescherming en -verbetering, en het voorkomen van milieuproblemen alsmede de waarde van de natuur van belang is.  In de jaren 60 bestond er grote bezorgdheid over kernwapens en kernenergie.  Hieruit kwamen groepen voort als Greenpeace en Friends of Earth die radicaal waren. Ze voerden direct actie tegen milieuvernietiging.  Mede hierdoor is de publieke opinie en het milieubewustzijn onder de mensheid vergroot.

Vervolgens ontstonden er groene politieke partijen die het ecocentrisme in de politiek brachten.  Zelfs kwamen dergelijke partijen in de regering zoals de Rood-Groene coalitie in Duistland. Tegelijkertijd begonnen humanisten, radicalen, anarchisten e.d. verschillend tegen het milieu aan te kijken (Tekeli 2000:3). In Nederland kwam in 2009 zelf de Partij voor de Dieren in het parlement. De partij kreeg daarvoor genoeg stemmen en ze kwam op voor het welzijn van dieren in bio-industrien en laboratoria.

In de zeventiger jaren heerste een wijd verspreid geloof dat milieuproblemen werden veroorzaakt door wetenschappelijke en technologische vooruitgang. In de tachtiger jaren kwam het besef dat milieuproblemen meer gerelateerd zijn aan de maatschappij en sociale verschijningsvormen. In die jaren vonden bepalende politieke gebeurtenissen plaats als de val van de muur en het communisme in het Oostblok. In de ontwikkelingslanden nam de bevolkingsgroei niet echt af en een steeds groter aantal mensen begon in steden te leven. Het aantal vluchtelingen verdubbelde.  Omdat de bevolking in de steden snel groeide,kon men de infrastructurele vraag niet meer aan.  Daar komt bij dat in de 1980s een reeks catastrofes zich afspeelden als de explosive van de kerncentrale te Chernobyl, de olieramp van de Exxon Valdez supertanker, etc waardoor een permanente impact werd achtergelaten op het milieu en de menselijke gezondheid. Deze situatie leidde tot de geboorte van het idee dat milieu-items systemisch zijn en dat lange termijn stategi nodig zijn tezamen met integrale actie en de deelname van alle landen en alle leden van de samenleving.

Dit werd beschreven in het rapport van de United Nations World Commission on Environment and Development (WCED) genaamd Our Common Future (1987) dat beschouwd kan worden als de nieuwe mijlpaal voor duurzame ontwikkeling.  

de geschiedenisde geschiedenis

Het rapport analyseert de relatie tussen schade aan het milieu en de economie op wereldwijde schaal. Er werden bijeenkomsten over georganiseerd in ontwikkelde en ontwikkelingslanden en het proces stimuleerde verschillende groeperingen hun visie duidelijk te maken over zaken als bosbouw, water, energie, technologie en duurzame ontwikkeling in het algemeen. De term duurzame ontwikkeling  werd een nieuw paradigma en wordt gedefinieerd als: ontwikkeling die beantwoordt aan de behoeften van huidige generaties zonder het voor toekomstige generaties onmogelijk te maken in hun behoeften te kunnen voorzien.

De commissie stelde dat de huidige besluitvormers niet in staat zijn genoeg te doen aan de opwarming van de aarde en al haar problemen en dat vele nieuwe organisaties nodig zijn om er mede aan te werken. Een tweede conferentie zorgde er voor dat grote groepen mensen in contact kwamen met de tem duurzame ontwikkeling. Het was de Earth Summit te Rio de Janeiro in 1992. De conferentie liet zien dat milieuproblemen gerelateerd zijn aan economische en sociale zaken. De wereldleiders kwamen overeen dat gestreden moest worden tegen de opwarming van de aarde, dat de biodiversiteit behouden moest blijven en dat gevaarlijke chemicali in de ban moesten. De voornemens werden uitgevoerd met wisselend succes. Vele landen tekenden het Kyotoprotocol waarin de kooldioxide uitstoot zou worden beperkt maar veel landen gaven eerst de prioriteit aan andere korte termijn belangen. Landen die sterk afhankelijk zijn van olie (als de V.S. en Saudi Arabie) weigerden deel te nemen aan het protocol.   

Tien jaar na Rio werd een nieuwe wereldtop gehouden in Johannesburg (2002) om te evalueren wat er was gebeurd in 10 jaar. Er werden meer concrete besluiten genomen als in 2015 is het aantal mensen dat geen goed sanitair heeft gehalveerd. Er werden vijf probleemgebieden gedefinieerd: water en sanitair, energie, gezondheid, landbouw en biodiversiteit. De ontwikkelingslanden werden zich meer bewust van milieuproblemen, ongelijke verdeling van natuurlijke hulpbronnen en de bijdrage van de ontwikkelde landen aan de milieuvervuiling. Toch slaagden oliemaatschappijen, de V.S. en Japan er in de toepassingen van duurzame energiebronnen te ontmoedigen in het voordeel van hun eigen belangen.

Uit de conferenties vloeide de volgende wereldwijde kijk op het milieu voort:

- Zowel in ontwikkelde landen als in ontwikkelingslanden merkt men steeds meer dat milieuproblemen vernietigende gevolgen hebben.

- Individuen in de moderne maatschappij hebben een zekere kennis en bewustzijn van het milieu. Vandaar dat we kunnen verwachten dat men ook anders gaat handelen in de toekomst.

- Dat we rationeel met onze hulpbronnen om moeten gaan voor nu maar ook voor toekomstige generaties, behoort inmiddels tot het basale beleid.  

- Het vervuiler betaalt principe en het voorkomen van vervuiling in plaats van herstel van de natuur na vervuiling wordt nu wereldwijd geaccepteerd. In Nederland  heeft men het de vervuiler betaalt principe veranderd in de vervuiler ruimt op principe.

- De term duurzame ontwikkeling is het nieuwe paradigma geworden

- En het is tijd voor actie.  

Met het laatste wordt bedoeld dat duidelijk is dat op dit moment nog niet veel veranderd is. Meer en meer ziet men in dat het juist de mensheid is die de milieuproblemen veroorzaakt. Dus zullen we zelf in actie moeten komen.

In 1992 - “Earth Summit” in Rio de Janeiro Landen kwamen overeen om de emissies van broeikasgassen te reduceren en daarmee ongewenste gevolgen van klimaat-verandering te voorkomen. Het klimaatverdrag trad in werking op 21 maart 1994.

In 1997 - Het Kyoto protocol Afspraak om in 2012 ruim 5 procent minder broeikasgassen uit te stoten dan in 1990. Nederland heeft de reductie van 6% gerealiseerd. Het Kyoto protocol is eind 2012 verlengd tot 2020. Door de aanscherping moet in 2020 18% reductiegerealiseerd zijn ten opzichte van 1990.

In 2015- Paris Agreement In Parijs is in het akkoord opgenomen staat dat in 2100 de opwarming ruim beneden de 2 graden moet zijn gebleven. Het streven is zelfs de opwarming te beperken tot 1,5 graad. De uitstoot van alle landen bij elkaar moet dus in de loop van deze eeuw flink omlaag. Uiteindelijk doel is dat CO2-uitstoot in balans is met de CO2-opname, bijvoorbeeld door bossen en oceanen. Alle landen hebben plannen opgesteld om aan ‘Parijs’ te voldoen, maar met deze ingediende plannen zou de opwarming 2,7 graden bedragen.

In 2018 - Katowice De plannen van alle landen zijn in 2018 kritisch bekeken en aangepast omdat de doelstellingen niet gehaald werden. Afgesproken is dat landen hun inspanningen voor het terugdringen van CO2-uitstoot vastleggen in nationale plannen. Ook is overeengekomen dat landen het ambitieniveau van die plannen elke vijf jaar zullen verhogen en iedere 5 jaar een nieuw plan indienen om de uitstoot verder te beperken.

Als lid van de EU is Nederland gehouden aan de EU-doelstelling van Parijs om de uitstoot van CO2 in 2030 met 40 procent verminderen. De vier partijen in het huidige kabinet spraken in 2017 in het regeerakkoord ‘Vertrouwen in de toekomst’ af om 49% reductie van de uitstoot van CO2 in 2030 te realiseren ten opzichte van 1990. Met een veelheid van maatschappelijke organisaties, bedrijven en overheden is gewerkt aan een klimaatakkoord, dat op 28 juni 2019 isgepresenteerd door het kabinet.

Op 9 oktober 2018 bekrachtigde het Hof in Den Haag de uitspraak van de Klimaatzaak uit 2015: omdat de Staat de burgers moet beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering moet Nederland de uitstoot van broeikasgassen terugdringen met ten minste 25% ten opzichte van 1990 want ondanks de vele goede initiatieven is de CO2-uitstoot niet gedaald sinds 1990.

Tot slot kan men zeggen dat men vroeger een mechanistische kijk op de wereld had. De wereld als een machine die gebruikt kan worden voor het welzijn van de mens. Vervolgens kwam de ecocentrische kijk op de wereld die meer holistisch is en die benadrukt dat het geheel meer is dan de delen en dat de mens onderdeel is van de natuur en niet dat de mens er los van staat. Dit ecologisch paradigma leidde tot nieuwe ethiek waarin alle delen van een ecosysteem, inclusief de mens, even belangrijk zijn en waarbij ook waarde wordt toegekend aan de intrinsieke waarde van alle organismen. Het zorgt er voor dat we moeten gaan naar een nieuw bewustzijn en nieuwe productie- en reproductiemethoden die de kwaliteit van het menselijk welzijn maar ook van de natuur verbeteren.

De recente wereldgeschiedenis en duurzaamheid

3e eeuw voor Chr.  Plato beschreef al hoe hij zich een land voorstelde dat op de beste manier was ingericht en dichtte de macht toe aan filosofen (de verstandigste mensen).
1750 Later dachten veel heersers dat zij het verstandigste waren totdat Jacques Rousseau schreef dat de macht eigenlijk bij het volk moest liggen.
1792  het volk pakt de macht in de Franse revolutie maar daarna regeerde Napoleon al weer gauw.
1917 Na de tsaren pakten in de arbeiders in Rusland de macht en men trachtte een communistische heilstaat op te bouwen maar al gauw regeerde ook daar een klein groepje o.l.v. Lenin en later Stalin.
1949  China werd communistisch o.l.v. Mao Zedong.  


De recente wereldgeschiedenis.

Jaren 60
1961: de Rus Joeri Gagarin is de eerste mens in de ruimte. De VS lijden gezichtsverlies. J.F. Kennedy wil Amerikanen op de maan. Nog voor het decennium voorbij is, Dromen is dus niet naf.
1962 de pil zorgt voor een maatschappelijke revolutie. Sex draait nu niet meer alleen om de voortplanting. Dat maakt de weg vrij voor de emancipatie van de vrouwen
1963: Zwarte Amerikanen accepteren niet langer de rassenscheiding maar de conservatieve krachten blijven blind voor wat verandert. Martin Luther King eist dezelfde rechten op als blanken. Op een geweldloze manier. I have a dream
Fidel Castro maakt Cuba communistisch. De VS zien de vijand opduiken in de achtertuin. In 1961 sponsort de CAI de invasie van Cubaanse ballingen in de Varkensbaai maar Castro weet stand te houden.
De Sowjet-Unie wil kernraketten plaatsen op Cuba. In 1962 werd ter nauwer nood een kernoorlog voorkomen.
1963 De moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy. Een schokgolf gaat door de wereld en bijna wordt de man voor heilig verklaard.
1964 De VS )president Johnson) raakt betrokken in de oorlog met Vietnam. Een smerige oorlog die tot 1970 zou duren
Israel verovert de Gazastrook e.a. gebieden. 1 miljoen Palestijnen komen onder Israisch bestuur. Moshe Dayan legt hiermee de basis voor de huidig problemen.
De Sovjet-Unie steunt Egypte (Nasser). In 1967 breekt de zesdaagse oorlog uit, een fiasco voor de Arabische staten.
De Gaulle haart Frankrijk uit de NAVO. Hij knoopt gesprekken aan met de Sowjet-Unie en China en veroordeelt de politiek van de VS in Vietnam.

Jaren 70
Dolle Mina's eisen gelijkberechtiging en willen baas zijn in eigen buik. Abortus moet uit het strafrecht.
De oliecrisissen van 1973 en 1979 doen alles kantelen. De economie gaat kopje onder. 
Chili kiest democratisch de communist Allende tot president. De CIA ziet heel Zuid Amerika al links stemmen en steunt Pinochet in zijn bloedige staatsgreep. In 1973 wordt Allende vermoord.
In 1974 vindt in Portugal de geweldloze Anjerrevolutie plaats en in 1975 sterft de Spaanse dictator Franco. Zuid-Europa is eindelijk democratisch.
Het Watergateschandaal onthult dat Nixon president is geworden door zijn politieke tegenstanders af te luisteren.
De nieuwe president Ford zet de ontspanningspolitiek met de Sovjet-Unie voort om een kernoorlog af te wenden. Het einde van de Koude oorlog was in zicht.
Het Oostblok vormt steeds minder een blok. Brezjnev komt lijnrecht tegenover Mao te staan. Inzet is Pol Pot en zijn Rode Khmer die zo'n 2 miljoen mensen vermoordde. Het socialisme wordt er niet populairder door.
De club van Rome brengt een onheilspellend rapport uit. Het Westen bereikt de grenzen van haar economische groei.
De Arabische wereld heeft de staat Israel nooit aanvaard. In 1973 vallen Egypte en Syrie aan. Israel beeft maar kan de aanval stoppen.
De Arabische landen draaien de oliekraan dicht. In 1978 bendigt Jimmy Carter (president van de USA) met de Camp David akkoorden de wankele vrede. Egypte tekent als enig Arabisch land voor het bestaansrecht van Israel.
De tweede oliecrisis ontstaat in Iran. In 1979 gooit Ayatollah Khomeini de dictatuur van de Iraanse Sjah omver. Die heeft met steun van de VS het volk jarenlang uitgebuit.
Maar Khomeini drukt een radicaal Islamitische grondwet door. Vrouwen en minderheden verliezen alle rechten. Iran wordt zeer antiwesters, gijzelt maandenlang Amerkiaans ambassadepersoneel en raakt ons op onze zwakste plek: onze olieverslindende economie.

Jaren 80
De Amerikanen boycotten de Olympische spelen van Moskow (1980) uit protest tegen het binnenvallen in Afghanistan.
De VS steunen de islamitische verzetstrijders en zo leggen ze zelf de basis voor al-Qaeda.
Migranten betalen het gelag van het neoliberalisme nu het slecht gaat moeten ze maar terug. Wegwerpmateriaal. Ze integreren zich toch niet. Salman Rushdie schrijft een boek gespireerd op het leven van Mohammed. Prompt krijgt hij van ayatollah Khomeini een Fatwa nar zijn hoofd geslingerd.
Reagan wordt president van de VS en geeft een ruk naar rechts na Jimmy Carter. Lagere belastingen voor de rijken. Veel besparingen behalve op defensie. 
De Britse primier Thatcher staat op n lijn met Reagan. De Iron Lady breekt de macht van de vakbonden, bouwt de dienstverlening door de staat af en stimuleert massale privatiseringen. Dit raakt de sociaal zwakkeren keihard. Toch maakt hun oorlogszuchtige taal ze populair. In 1982 gooit Groot Brittanie zich in de Falklandoorlog en de VS steunen de Iraakse dictator Sadam Hoessien in de oorlog tegen Khomeini.
De economische recessie raakt ook het Oostblok. Hervormingen dringen zich op, eerst in Polen. Met geweldloos verzet wordt de vakbond (en Lech Walensa) steeds sterker. De premier verlies z'n greep op het land. Brezjev kijkt toe maar grijpt niet in.
In 1985 wordt Grobatsjov de nieuwe sterke man in de Sovjet-Unie. Hij lanceert de perestrojka en de glasnost.
In 1989 zet Oost Duitsland onverwacht haar grenzen open. De Berlijnse muur valt en Oost en West worden weer verenigd. Het Warschaupact valt uiteen en het kapitalisme triomfeert over het communisme.
Alleen China blijkt communistisch met wel economische maar geen politieke vrijheid. Dat eisen honderdduizenden studenten wel op maar hun protest op het Plein van de Hemelse Vrede wordt bloedig neergeslagen.
We krijgen commercie televisie. Sensatie en populisme vieren hoogtij.

Jaren 90
Na 27 jaar komt Nelson Mandela vrij. Hij werkt meteen samen met de blanken om apartheid af te schaffen. Zonder frustratie, mar met een openheid en kracht op te vergeven. Het bewijst dat je als individu echt de wereld kan veranderen.
De EU legt loodzware Maastrichtnormen op. alleen financieel gezonde landen mogen de euro invoeren.
Kippen zitten vol dioxine. Voederfabrikanten mengen motorolie in het kippenvoer.
In 1997 komt Tony Blair aan de macht in Engeland. Zijn motto is dat het bedrijfsleven vooral winst moet maken. De overheid mag dat niet in de weg staan met hoge belastingen.
Berlusconi is premier en baas van zowat alle TV stations in Itali De media spiegelen dromen voor.
In1990 valt Irak Koeweit binnen. Prompt laat het westen haar bondgenoot Sadam Hoessein vallen en de VS valt Iran binnen.
Na de val van het communisme wakkeren in Joegoslavioude etnische conflicten op. Servische tanks omsingelen en beschieten Sarajevo vier jaar lang. De EU mist haar kans vrede te brengen.
In 1994 zijn 1 miljoen doden te betreuren in Rwanda waar Hutu's de Tutsi minderheid aanvallen. De wereld grijpt niet in.
Ook landen uit het Oostblok kunnen lid worden van de EU mits ze democratisch zijn en de mensenrechten respecteren.
De PLO van Yasser Arafat erkent Israel en ziet af van geweld. Rabin geeft de Palestijnen zelfbestuur maar wordt vermoord.

Jaren 2000
De financiële crisis toont de grenzen van het neoliberalisme. Wereldwijd worden massa's belastinggeld gestoken in het redden van de banken. Niet de rijken maar de gewone mensen houden de economie recht.
Onze decadente levensstijl warmt de aarde op. Het Westen vreet haar pens vol ten koste van de aardbol, har bewoners en de natuur. Ondertussen predikt men mensenrechten en is men tegen religieus fundamentalisme. Waarden war anderen in geloven worden in onze ogen des duivels. En omgekeerd.
In 2001 blazen Taliban twee Boeddhabeelden op in Afghanistan. Ze staan er al sinds de zesde eeuw.
Op 9/11. Al Quaida boort zich in de twin towers die instorten met vele doden als gevolg. De VS ontsteekt de War on Terror. Bush is net president geworden. Afghanistan, Noord Korea, Irak en Iran verzeilen in de Axis of Evil.
Sinds 2003 bezet de VS Irak. Meer dan een smoesje over massavernietigingswapens hebben ze er niet voor nodig. Irak wordt bevrijd van dictator Saddam Hoessein. Er ontstaat een burgeroorlog in Irak. Wereldwijd folteren de VS verdachten.
2000: Vladimir Poetin neemt de macht over in de Sovjet-Unie Hij is ex-KGB en legt de persvrijheid aan banden. De stoere man geeft de russen hun zelfrespect terug. Moskou straalt weer macht en invloed uit.
China, India en Braziliverschrijnen als nieuwe economische grootmachten.

Jaren 2010
De banken hebben veel te veel geld uitgeleend en krijgen het niet meer terug. Ze worden gered door de overheden (ofwel de belastingbetaler). Bezuinigingen volgen en het vertrouwen in de leningen van Griekenland, Ierland, Portugal en Spanje daalt zodat ze er hoge rentes op moeten gaan betalen. Hierdoor dreigen de landen failliet te gaan en daarmee de euro. De rijkere EU landen springen bij.

Via de Arabische lente probeert het volk uit te komen onder de macht van de leiders en snakt men naar democratie.

In de geschiedenis blijken systemen ten onder te gaan door beschadigen van de natuurlijke omgeving, klimaatverandering, vijandige buren, verlies van handelspartners en het antwoord van de maatschappij op haar eigen problemen.

Informatie economie 1996
Netwerk economie 1998
Experience economie 1999
Performanse (based) economy 2006
Groene economy 2008
Blue economy 2012
Wij economy 2009
Weconomy 2013
Sharing economy 2013
Biobased economy
Circular economy
Donut economy 2000
Omnicomomie 2021 

1975      Eerste advies over NME beleid
1988      Eerste visie op NME vanuit departementen in de Tweede kamer
1992      4-jarenprogramma NME onderwijs Impuls
1996      4-jarenprogramma NME Extra Impuls (+ buitenschools) 
2000      4-jarenprogramma Leren voor Duurzaamheid
2004      4-jarenprogramma Leren voor Duurzame Ontwikkeling 1 (start Decade for ESD)
2008      4-jarenprogramma Leren voor Duurzame Ontwikkeling 2  4-jarenprogramma NME: Kiezen Leren Meedoen
2009      Regiegroep, Arrangementen, Bestuurlijke samenwerking
2010      Uitvoering                                   ( beleidsvorming 2012) 
2011      Afronding en verankering        ( financiering en politiek)
2012      Overgangsjaar NME/LvDO  ( voorbereiding Programma X)
2013      Duurzaam Door, Sociale Innovatie voor een groene economie
2015      Einde Decade for ESD
2018      Leren voor Morgen

Hoe kan het worden opgelost;

uitgangspunten van milieubeleid jaren 80
- stand stillbeginsel bestrijding aan de bron
- best uitvoerbare technieken
- de vervuiler betaalt
- omkering van de bewijslast, aantonen dat een activiteit zo min mogelijk vervuilt (o.a. MER)

jaren 90 duurzame ontwikkeling door:

- integraal ketenbeheer (LCA, cradletocradle)
- energie extensivering en dematerialisatie
- kwaliteitsbevordering

jaren2000:
- circulaire economie:
- alle kringlopen sluiten
- energietransitie

In 2019 ligt Nederland er glanzend bij. Het jaar is afgesloten met een begrotingsoverschot van 14 miljard euro. 2020 begint met historisch lage werkloosheid: 3 procent. De bijna 40.000 vliegtuigen die die maand op Schiphol landen en vertrekken, vervoeren meer dan 5 miljoen passagiers en 115 miljoen kilo vracht. In mei komt het Eurovisie Songfestival voor het eerst in veertig jaar naar het land. De Nederlandse mannen doen weer mee aan het EK voetbal. Op het Binnenhof zijn politici vooral met elkaar bezig: de aanpak van het stikstofdossier dreigt de coalitie te verscheuren.

2020
- corona crisis. Samenscholingen worden verboden. Geen leerlingen meer naar school, geen voetbalwedstrijden meer met publiek, geen festivals meer, geen café en restaurantbezoek, binnen blijven, standen en drukke natuurgebieden gesloten, niet meer vliegen ect.
Veel bedrijven en mensen raken in de problemen. Ze worden wat gecompenseerd door de overheid die zich voor miljarden in de schulden steekt. De EU leent 1200 miljard. 

Filosoof Matthijs Schouten zegt m.b.t. de geschiedenis en duurzaamheid

Concurrentie - de sterkste zal overleven is echt westers. Omdat daar de mens boven de natuur staat.
De natuur als nuttig voor de mens. Dit is heel oud en gaat teru tot Aristoteles. Het gaat over hierarchie en de natuur dienen.
Het ging van levenloos, levende dingen, lagere planten, hogere planten, lagere dieren, hogere dieren, dan de mens. En dan de vrouw tussen dat en de man. De mens heeft een rationeel verstand (logos) Alles in de natuur heeft een functie, een doel.
Het doel van het lagere is het hogere ten doel te stellen. Hierarchisch en functioneel. Die indeling hebben we nog steeds.
De goden hebben de aarde geschapen om de mens ten dienst te zijn. God heeft runderen geschapen om biefstukken vers te houden.
Alles heeft een ziel zeggen oude godsdiensten. In het westen is de ziel weggehaald en is de natuur redeloos en zielloos geworden.

De natuur is langzaam verworden tot een verzameling objecten. Er is kennis nodig om de natuur te uit te nutten.
We zijn alles gaan uitnutten. Dat is de basis van de crisissen.
De natuur is van en voor ons, bestaande uit objecten.
Henk Bleker..als ik een bloeiend aardappelveld zie dan is dat de mooiste natuur.
Ecosysteemservices..diensten van de natuur naar ons.

De beeldvorming van de natuur begint te veranderen
We gaan naar dat we deel zijn van de natuur. Dat is tamelijk nieuw. We beginnen ons af te vragen of we wel zo door kunnen gaan.
De Christelijke kerk is haar gezag aan het verliezen en sinds kort zeggen ze dat we de natuur lief moeten hebben. Niet westerse filosofen krijgen meer voet aan de aarde. Die zeggen mens en natuur zijn partners. We maken deel uit van het grote geheel. Verzameling van andere dan mensen personen. Niet-menselijke personen (subjecten) zouden een stem moeten hebben. Het parlement der dingen. Het parlement voor de Noordzee.

Andere organismen hebben ook ethiek, taal, bewustzijn (blijkt na recent onderzoek). We verschillen niet zo fundamenteel van elkaar. Het gaat om verbinding en communicatie. In een bos staan de bomen met elkaar in contact door complexe samenwerking met schimmels. Via die netwerken is een bepaalde manier van communicatie mogelijk. Een bos wordt nu gezien als een groot geheel van interactieve organismen. De evolutietheorie heeft het ook niet zo over concurrentie, maar de grootste netwerken, de meest gevarieerde verbindingen de grootste diversiteit overleeft.|

Wie zijn wij eigenlijk op aarde en hoe zien wij onze relatie met de natuur. Hoe zie ik mijzelf tov de natuur. We leren wat we willen leren.
Het recht op natuur voor kinderen zou vastgelegd moeten worden door de Verenigde Naties. De stad moet een rijk ecosysteem worden.Het bewustzijn dat iedereen er toe doen is erg belangrijk. Allemaal samen wat bijdragen aan een betere wereld.

Podcasts..filmpjes..google. Matthijs Schouten

De recente geschiedenis van Nederland m.b.t. duurzaamheid

In 1950 is men bezorgd over de groei van de Nederlandse bevolking. De bevolking is in amper vijf jaar tijd met bijna een miljoen mensen toegenomen, tot ruim 10 miljoen inwoners. Met de Hongerwinter nog vers in het geheugen vraagt me zich af hoe al deze extra monden gevoed moeten worden.

De meeste mensen hebben weer een dak boven hun hoofd - al is dat vaak met meerdere gezinnen in een veel te kleine woning. De honger is voorlopig verdreven, al is de koffie nog op de bon. In de troonrede kondigt koningin Juliana de inpoldering van nieuwe gebieden aan. Nederland is vol. 

In de hoop de explosieve groei van de bevolking af te remmen wil men de emigratie krachtig bevorderen en migreren honderdduizenden Nederlanders naar Noord-Amerika en Australië. Maar het blijkt dweilen met de kraan open. Pas tegen het einde van de jaren zestig, wanneer de anticonceptiepil ingeburgerd raakt, neemt het geboorteoverschot snel af.

Maar tegen die tijd is Nederland alweer zo welvarend, dat vrijwel niemand zich nog afvraagt of het land vol is en stort de regering zich op de wederopbouw met hard werken, slim investeren en een beetje geluk leggen. 

De Nederlandse landbouw wordt radicaal hervormd en gemoderniseerd. Kleine keuterboeren moeten plaatsmaken voor grote bedrijven. Kronkelige rivierdijkjes worden strakgetrokken en met de ruilverkavelingswet worden lappendekens aan veelvormige akkertjes aaneengesmeed en geschikt gemaakt voor industriële bewerking met trekkers, kunstmest en chemicaliën.

Het hongerspook verdwijnt voorgoed uit de steden en fabrieksdirecteuren vroegen zich in 1960 vertwijfeld af hoe ze aan voldoende arbeidskrachten moeten komen. Nederland telt dat jaar meer vacatures dan werkzoekenden.

Het antwoord wordt gevonden bij Zuid-Europese, Turkse en Marokkaanse gastarbeiders. Nederland transformeert in een van de beloofde landen voor avonturiers op zoek naar een beter leven.

Diep onder de Groningse bodem stuit de Nederlandse Aardolie Maatschappij in 1959 op wat later het grootste aardgasveld van Europa blijkt te zijn. Niet alleen verdringt het gas de kolenboer uit het straatbeeld maar de haast onuitputtelijke energiebron maakt tevens de weg vrij voor heel nieuwe - uiterst energie-intensieve - bedrijfstakken zoals de glastuinbouw en de metaalindustrie.

Vanaf dat moment stromen de miljarden de schatkist binnen. De Nederlanders vinden het allemaal prachtig. Vanaf de jaren zestig kunnen ze plots autorijden. Dagelijks vlees eten. Vliegen. Doorbetaald op vakantie. Studeren. Een huis kopen. Naar de beste dokters. Royaal met pensioen. 

Het succes van de groei van de Nederlandse economie is niet per se een Nederlands succes. Neem de landbouw: om de opbrengst per hectare hier te vergroten, gebruiken we steeds meer buitenlandse grondstoffen. Veevoer, staal en dieselolie voor trekkers, gas voor kunstmest en ga zo maar door. Om onze veestapel te voeden, hebben we al zo'n drie keer het totale Nederlandse landbouwareaal nodig.

Dat onze winkels vol betaalbare luxe liggen, van kleding tot speelgoed en elektronica, danken we in grote mate aan de inzet van laagbetaalde fabrieksarbeiders in landen als China, Vietnam en Bangladesh, die op hun beurt weer gebruikmaken van grondstoffen die overal ter wereld - maar vooral buiten Europa - worden gewonnen.

Het dichtbevolkte Nederland gebruikt volgens het Global Footprint Network jaarlijks ruim zeven keer meer natuurlijke hulpbronnen dan onze eigen ecosystemen kunnen vernieuwen. De ngo stelt dat we dit jaar al op 19 februari alle hulpbronnen hadden verbruikt die ons land zelf kan regenereren. Voor de rest van onze consumptie zijn we afhankelijk van import.

En dit brengt ons bij de ongemakkelijke waarheid dat ons land op geen enkele manier in staat om ons huidige welvaartsniveau te dragen. We hebben onze welvaartsstaat gebouwd door grondstoffen en producten vanuit de hele wereld onze kant op te slepen en  door de ecosystemen en natuurlijke hulpbronnen waarvan toekomstige generaties nu al uit te putten.

Sinds de uitbraak van het coronavirus en de oorlog in Oekraïne ondervinden we aan den lijve hoe kwetsbaar een land is dat drijft op geïmporteerde welvaart. Zodra de mondiale handelsketens, om welke reden dan ook, stilvallen, keert de schaarste terug en schieten de prijzen omhoog.

We staan op een kruispunt in de geschiedenis; in al onze ijver, werklust en investeringsdrang van de afgelopen zeventig jaar hebben we een grotere economie gecreëerd dan ons land kan dragen. Naarmate we rijker zijn geworden, willen we ook steeds meer. We leven in een tijd waarin juist overvloed leidt tot nieuwe vormen van schaarste.

In 2022 neemt de veestapel zo veel stikstofruimte in, dat er nog amper vergunningen voor nieuwbouwplannen voor woningen kunnen worden uitgeven. Ondertussen becijfert de Atlas voor gemeenten het woningtekort op 390 duizend. Ziehier het probleem: ons land is te klein om zo veel dieren én mensen tegelijk te huisvesten.

Als we wel een werkbare oplossing zouden vinden om de stikstofruimte te vergroten, is het nog niet gezegd dat we snel voldoende huizen kunnen bouwen. Door een gebrek aan bouwvakkers en materialen zal de wooncrisis waarschijnlijk nog tot ver na 2030 aanhouden.

Bovendien is het de vraag waar we al die huizen moeten bouwen. In de Randstad staan ruim honderd potentiële bouwlocaties ingetekend op plekken waar je, volgens een nieuwe richtlijn van de Wereldgezondheidsorganisatie, eigenlijk niet gezond kunt wonen. De reden? Geluidsoverlast van luchthaven Schiphol. Met deze nieuwe richtlijn in de hand maken omwonenden zich al op voor een gang naar de rechter.

Het onderliggende probleem is natuurlijk dat de Randstad te klein is om én te voorzien in voldoende ruimte om gezond te wonen én in ons verlangen om zo veel mogelijk te vliegen.

Schiphol worstelt sowieso met de gevolgen van de economische overvloed die we hier hebben gecreëerd. Waar de luchthaven ooit gold als belangrijke banenmotor, kampt het nu met een chronisch personeelstekort. Schiphol is hierin niet uniek. De eerste scholen zijn vanwege het lerarentekort overgestapt op een vierdaagse lesweek. In de zorg zijn de tekorten nog groter. Daar zijn nu al 61 duizend openstaande vacatures. De verwachting is dat dit aantal in 2030 is verdubbeld.

Deze opsomming is eindeloos aan te vullen. Van de spoorwegen tot de horeca en de krijgsmacht. Van de detailhandel tot de glastuinbouw en de techniek. Overal komen we mensen tekort.

Werkgevers staan te popelen om de gaten te vullen met een nieuwe lichting arbeidsmigranten te vullen. Op het eerste gezicht lijkt dit een logische oplossing. Tot je bedenkt dat die mensen ook ergens zullen moeten wonen. Moeten eten. Hun kinderen naar school willen brengen. Zorg nodig hebben. Willen recreëren. Vliegen. Enzovoorts.

Zeventig jaar lang hebben we groei op groei op groei gestapeld. In de intensieve veehouderij zien we inmiddels tot welke menselijke en maatschappelijke drama's het leidt als we de grenzen aan onze groei negeren. We ontkomen er niet aan om onszelf de fundamentele vraag te stellen of we niet allang voorbij het punt zijn waarop we de grenzen aan onze groei hebben bereikt. Of beter gezegd: de tijd is aangebroken dat we moeten constateren dat Nederland anno 2022 daadwerkelijk vol is. Vol dieren. Vol vliegtuigen. Vol bedrijvigheid. Vol verkeer. Vol uitstoot. Vol toeristen. Vol vervuiling. Vol consumenten. En ja, ook vol met mensen.

In 2022 was de inflatie hoog en de energieprijzen zijn geëxplodeerd. Een recordaantal gezinnen dreigt tot armoede te vervallen. In het gevecht om de schaarse ruimte zal bovendien van sommige Nederlanders met wie het nog wel goed gaat moeten worden gevraagd om af te zien van sommige verworvenheden.

In tijden van schaarste zul je daarentegen offers moeten vragen van diezelfde achterbannen. Offers die mensen wellicht best bereid zijn te brengen, mits je ze ook duidelijk kunt maken wat ze hiervoor in de plaats krijgen.

Individuele belangen zijn niet langer met elkaar te verenigen.Niet alles kan, hoe jammer dat soms ook is. Maar we zijn rijker en slimmer dan ooit. We weten bovendien al vrij goed wat ons te doen staat. Als het kabinet durft te streven naar een beleid waarin niet de groei van de economie, maar de bloei van de samenleving centraal staat, dan gaan wij een prachtige eeuw tegemoet.