Opleiden voor duurzame ontwikkeling: Wat is nodig?
Onderwijs is de sleutel voor verandering. Om duurzame ontwikkeling te stimuleren, is de integratie van duurzame ontwikkeling in opleidingen zeer effectief.
Onderwijs kan studenten kennis, vaardigheden en waarden verschaffen die nu en later de kwaliteit van leven voor zichzelf en anderen verbeteren. Studenten leren hierbij zelf verantwoordelijkheid te nemen en zich bewust te zijn van hun rol bij duurzame ontwikkeling en het belang en gevolg van de keuzes die zij maken. Kennis, begrip en vaardigheden zijn samen met bewustwording van eigen waarden en normen nodig om in staat te zijn verantwoorde afwegingen te maken.
In de programma's dient ruimte te zijn voor
- lessen die een inleiding bieden in duurzame ontwikkeling
- integratie van duurzame ontwikkeling in alle relevante programma's van een opleiding
- interdisciplinaire lesvormen zo mogelijk met een internationaal karakter
- keuzelessen duurzame ontwikkeling.
Veranderingen in de technologie komen gemakkelijker en directer tot stand en leiden vervolgens tot aanpassingen van culturele en economische zaken (denk aan de gevolgen van de uitvinding van vuur, het wiel, de stoomgenerator of de auto), is het van belang met name hieraan aandacht te besteden.
Daar staat tegenover dat aandacht voor duurzame ontwikkeling begint bij een optimale persoonlijke ontwikkeling met aandacht voor maatschappelijk verantwoord, ethisch, sociaal, multidisciplinair en creatief handelen.
Om duurzaamheid in de school te krijgen zou je klein kunnen beginnen. Work with the willing. Zorg voor een goede sfeer. Laat het gaan zoemen in de buitenwereld. Er bestaan genoeg mensen met weerstand.
Doe try outs totdat je sterk genoeg bent. Als het je lukt kan je de remmers links laten liggen.
Zie alles als een systeem, als een verzameling van processen. Verander door te verbinden. Al doende leren en al lerende doen. Oog hebben voor het realiseren van positieve feedback loops. Zie www.slimmesturing.nl
Micro - ga aan de gang met koplopers
Meso - heb oog voor de regels van het systeem
Macro - heb een beeld van de trends Wie zijn de koplopers.
Verduurzaming is in de keten werken.
Hoe om te gaan met zij die
- aanjagen -> bewijzen
- sympathiseren ->faciliteren
- welwillend zijn -> inspireren
- onverschillig zijn -> verleiden
- afwijzend zijn -> negeren of confronteren met duurzaamheid.
Donutonderwijs: model voor onderwijs in duurzame ontwikkeling
Hoe breng je duurzame kennis en waarden in het onderwijs? Een vraag waar we al lang mee worstelen en waarin ook stappen worden gezet. Rob de Vrind, coördinator van duurzaam MBO, denkt dat het donutmodel ons verder kan brengen. In onderwijs en het leven in het algemeen.
Jongeren zouden meer oog moeten hebben voor de kwetsbaarheid van de natuur. Leren hoe ze verantwoorde keuzes kunnen maken als het gaat om de toekomst van de samenleving. Met respect voor andere mensen, andere culturen, de wereld, de planeet. Voor het hele systeem waar ze onderdeel van zijn.
Bioloog Rob de Vrind, docent op het Koning Willem I College in Den Bosch en coördinator van duurzaam MBO, dacht na over de vraag hoe je deze kennis en waarden in goed onderwijs voor mbo’ers giet. Hij kwam met donutonderwijs, gebaseerd op het donutmodel van de Britse econome Kate Raworth.
Dat haar ideeën ook politiek weerklank vinden, bleek toen ze op initiatief van de Partij voor de Dieren uitgenodigd werd om op 18 juni de politici in de Tweede Kamer toe te spreken. Een paar jaar nadat de Franse econoom Thomas Piketty die eer te beurt viel.
Plafond
Raworth, Universiteit van Oxford, gebruikt het ronde cakeje met een gat in het midden als een beeld voor een nieuwe economie. In de twee cirkels had je bijvoorbeeld ook een zwemband kunnen zien, maar Raworth koos voor de donut om haar gedachten over economie te illustreren. ‘Ze zegt’, aldus De Vrind, ‘dat je mag eten van de donut (van de economie) zoveel je wil, mits je maar gaat voor geluk voor iedereen en blijft binnen de grenzen die de aarde nu eenmaal heeft.’
Ze schreef in haar boek 'Doughnut Economics' (2017) dat we in plaats van te focussen op economische groei, ons bezig moeten houden met vragen over hoe we ervoor kunnen zorgen dat iedereen op aarde toegang heeft tot hun basisbehoeftes, zoals voldoende te eten en educatie. Ook de generaties na ons. Dat is de ondergrens, de binnenste cirkel. Daar plaatst ze de sociale voorwaarden voor een menswaardig leven. Ook inspraak, gezondheidszorg, gendergelijkheid, het recht op wonen en arbeid, en toegang tot energie, sociale netwerken en onafhankelijke rechtspraak.
Maar er is ook een bovengrens. Dat zijn de (planetaire) grenzen. Grenzen waar ook internationale wetenschappers onder leiding van het Stockholm Resilience Centre zich de afgelopen jaren over hebben uitgesproken. Het gaat dan onder meer over klimaatverandering, biodiversiteit, fijn stof en overbevissing. De economie moet dus zorgdragen voor de sociale basis en tegelijk niet door het ecologisch plafond stoten.
Respect voor grenzen
Het vraagt een andere houding tegenover de aarde en de natuur dan we gewend zijn. In de donuteconomie is de natuur niet enkel materiaal of een gebruiksmiddel, maar deel van een systeem. Net als de mens. En zoals we een verandering moeten realiseren van de egocentrische en rationele mens naar een sociale en verbonden mens, moet ook onze fixatie op groei en het bruto binnenlands product plaats maken voor iets anders. Van lineair naar circulair, van de doodlopende weg waarop we zitten naar een reis met respect voor grenzen.
Een prachtig beeld, vond De Vrind het donutmodel. Toepasbaar binnen onderwijs en zelfs voor het leven: donut education en donut living. Dat laatste omschrijft hij als ‘leven zodat je aan de ene kant zorgdraagt voor een gezonde sociale basis, terwijl je aan de andere kant binnen de grenzen blijft die de aarde nu eenmaal heeft.’ Hetzelfde geldt voor onderwijs. ‘Dat moet jongeren leren hoe we met zijn allen kunnen zorgen voor een goede sociale basis, waarbij ze ook moeten leren hoe we dat kunnen doen binnen de grenzen die de aarde stelt.’
Donut living
Om dat onderwijs vorm te geven, stelt hij, kun je kijken naar de whole school approach van Arjen Wals, universitair docent in Wageningen, en Heleentje Swart, Nordwin College en het Netwerk Groene Groei. ‘Zij stellen dat de student centraal moet staan en dat ‘leren voor een duurzame toekomst’ geïntegreerd moet worden in het curriculum, in de didaktiek, in het schoolmanagement, in de professionalisering van docenten en in de schoolomgeving.’
Het is niet een enkele duurzaamheidsmedewerker op een mbo-school die vindt dat het onderwijs studenten een nieuw kompas voor de toekomst moet geven. Ook de Verenigde Naties erkennen het belang van duurzame kennis en waarden bij jongeren. Zij hebben zeventien doelen opgesteld (de SDG's) waar de wereld aan gaat werken.
‘Mooi is dat met het donutmodel die in twee groepen te verdelen,’ aldus De Vrind. ‘SDG’s voor een gezonde sociaaleconomische basis en SDG’s die ernaar streven dat we niet door het plafond schieten. Dan kun je simpelweg stellen dat je werkt aan gezonde people en profit binnen de grenzen van planet (donut living).’
Donutonderwijs
‘Al het onderwijs zou daarop geënt moeten zijn willen we met z’n allen gelukkig kunnen worden en blijven,’ vervolgt hij. ‘Het zou niet eens een keuzevak moeten zijn. De vraag zou steeds moeten zijn of dat wat je doet of leert bijdraagt aan een gezonde sociaaleconomische samenleving binnen de grenzen van de planeet.’
‘In een keuzevak zou je er dieper op in kunnen gaan. Bijvoorbeeld op die zeventien SDG’s, op de relatie met je beroep of op de meer dan 120 onderwerpen die in de kennisbank van duurzaam MBO staan (lesmateriaal en informatie voor leren voor duurzame ontwikkeling). Ook zouden we moeten leren en waarderen dat we daar in Nederland aardig mee op weg zijn. We hebben het sociaaleconomisch goed geregeld en gaan samen de schouders zetten onder de energietransitie en de circulaire economie.’
‘Echt goed onderwijs is donutonderwijs’, besluit hij. ‘Onderwijs dat streeft naar geluk voor iedereen voor altijd. Kijk maar eens naar 'We The People' for The Global Goals op YouTube,’ zegt De Vrind. ‘Dan snap je het belang van donutonderwijs.’
Tekst: Ton van den Born