Het curriculum (Wat) Terug
Aandacht voor duurzaamheid in het curriculum is van groot belang bij goed onderwijs.
Dat kan binnen burgerschap, global goals lessen, keuzedelen, stages, projecten of geintegreerd in de beroepsgerichte vakken.
De aandacht kan ad hoc zijn, projectmatig, systematisch en of integraal met stakeholders uit te maatschappij. Wie weet ben je een groot voorbeeld in Nederland, Europa of de Wereld.
Binnen het onderwijs kan je aandacht besteden aan de 17 SDG's en kan je competenties bijbrengen dat studenten in de wereld, in Nederland en zelf weten om te gaan met
- armoede en geld
- honger en voeding
- gezondheid en de gezondheidszorg
- water en energie
- biodiversiteit op het land en in het water
- gendergelijkheid
- (inkomens)verschillen
Dat ze competent zijn te werken aan
- duurzame steden
- duurzame industrieën, infrastructuren
- duurzame productie en consumptie
- duurzame energie
- behoorlijk werk
- vrede
Kennis
- kennis van verbetermogelijkheden op het gebied van duurzaamheid
- kennis van duurzaamheidsthema’s als People, Planet, Profit/Prosperity
- kennis van thema duurzame energie en fossiele energie
- kennis van duurzame thema's zoals: biodiversieteit, klimaatverandering, circulaire economie biobased economy
- keten/systeemdenken
- kennis van wat wordt verstaan onder People, Planet, Profit/Prosperity en hun onderlinge betekenis
- kennis van thema mobiliteit, logistiek
- kennis van thema omgang met grondstoffen en materialen, afvoer afval, hergebruik
- kennis van thema water, lucht bodem
Vaardigheden
- kan creatieve oplossingen vinden
- kan zijn eigen motivatie betreffende duurzaamheid benoemen
- kan zijn eigen bijdrage aan duurzaamheid benoemen
- kan duurzaamheidsproblematieken herkennen en benoemen
- kan duurzaamheidsproblemen herkennen en oplossen
- kan de gevolgen van zijn/haar gedrag voor de toekomst onderzoeken
- beschrijft de sterkte-zwakteanalyse in een logisch gestructureerde rapportage
- kan verbetermogelijkheden van gedrag benoemen
- kan verbetermogelijkheden analyseren en kiezen voor de verbetermogelijkheden met de meeste impact en haalbaarheid
- kan op een logisch gestructureerde wijze mogelijke verbeteringen formuleren
- kan aangeven hoe verbeteringen kunnen worden doorgevoerd
Dit leidt dan naar een duurzame levensstijl naast aandacht voor mensenrechten en gendergelijkheid.
Omdat je vaak op dilemma's en tegenstrijdigheden stuit is social learning van belang. Het er samen over hebben.
Daarbij verandert de didactiek richting transformationeel leren zoals in de onderstaande tabel is weergegeven.
Traditioneel ESD-leren | Transformationeel ESD-leren | |
Inhoudelijke kennis doorgeven | -> | Bevorderen van begrip en analyse van de wortels van de klimaatcrisis |
Attitudes en waarden aanleren. | -> | Waardenverduidelijking en kritische reflectie aanmoedigen op basis van geleefde ervaring |
Mensen alleen zien als de bron van het klimaatveranderingsprobleem | -> | Mensen zien als facilitators van verandering |
Eenrichtingsoverdracht van informatie | -> | Dialoog en onderhandeling over de implicaties van de informatie voor actie |
Gedraagt zich als expert – formeel & autoritair | -> | Handelt als partner – informeel & egalitair |
Persoonlijk gedrag veranderen | -> | Meer aandacht voor structurele en institutionele veranderingen |
Soms raken studenten helemaal depressief van klimaatverandering en haar consequenties. Wees daar voorzichtig mee en breng het in relatie met hoop en het vertrouwen dat we er wat aan kunnen doen. Betrokkenheid en actie.
Probeer de student centraal te stellen en active, samenwerkende en kritische opdrachten te geven waarin ook reflectie een rol speelt.
Een voorbeeld bij het Albeda college (2024)
Meer over deze module is hier te vinden.
ROC van Amsterdam besteedt er aandacht aan op de onderstaande manier.
In the Unesco Greening Guidance komt men tot vier aanbevelingen:
▶ Erken dat aan klimaatverandering veel verbonden is en dat een systeembenadering belangrijk is.
▶ Laat zien dat het een holistisch perspectief heeft dat de eenheid van alle dingen erkent, in plaats de tegenstelling tussen mens en natuur.
▶ Erken de kracht van diversiteit in natuur, cultuur en kennis. Erken ook de waarde van traditionele en inheemse kennissystemen.
▶ Laat de noodzaak zien van een radicale heroverweging van ons op groei gebaseerd economisch systeem naar een systeem dat prioriteit geeft aan duurzaamheid, gelijkheid en welzijn voor iedereen.
Actie gericht
▶Empowering: Het ondersteunt de empowerment, de zelfeffectiviteit van leerlingen en de keuzevrijheid van kinderen door hun analytische,
communicatie en andere vaardigheden en door de verwerving van relevante kennis en waarden voor duurzaamheid te ondersteunen
ontwikkeling en de aanpak van de klimaatverandering.
▶Leerlinggericht: de pedagogiek (bijvoorbeeld kritisch, participatief, probleemgericht, leerlinggericht en ervaringsgericht benaderingen stelt studenten in staat actief deel te nemen aan leerprocessen, kritisch om te gaan met persoonlijke ervaringen en hun natuurlijke omgeving
▶Carriere gericht: Het betrekt activiteiten en ideeen die kunnen worden toegepast in de beroepskeuze en de parktijk op de werkplek.
▶Transformatief: Het draagt bij aan collectieve, samenlevingsbrede, lokale en mondiale inspanningen om menselijk gedrag, systemen en systemen te veranderen onderliggende oorzaken en onderliggende oorzaken van klimaatverandering.
Rechtvaardigheid bevorderen
▶Gebaseerd op een mensenrechtenbenadering: het bouwt voort op en bevordert een begrip van universele mensenrechten – inclusief de rechten van kinderen en jongeren – en de rechten van iedereen op gezondheidszorg, onderwijs, informatiegelijkheid en non-discriminatie. Het gebruik van een op mensenrechten gebaseerde aanpak binnen het onderwijs om de klimaatverandering aan te pakken, houdt ook het opvoeden in bewustwording onder jongeren, waarbij ze worden aangemoedigd hun eigen rechten te erkennen en de rechten van jongeren te erkennen en te respecteren anderen, en pleiten voor degenen wier rechten worden geschonden.
▶Gebaseerd op gendergelijkheid: het behandelt de verschillende manieren waarop gendernormen de ongelijkheid kunnen beïnvloeden, en hoe deze
Ongelijkheid kan de kwetsbaarheid voor klimaatverandering beïnvloeden
▶ Gebaseerd op gelijkheid tussen generaties: het ontwikkelt een idee dat de rechten en plichten van toekomstige generaties waarborgt met behoud van die van de huidige generatie.
▶ Gebaseerd op intraculturele gelijkheid: het ontwikkelt een visie op ecologische, economische en sociale rechtvaardigheid en eerlijkheid bij gemeenschappen en culturen binnen de huidige generatie.
Kwaliteitsinhoud
▶ Wetenschappelijk accuraat: de inhoud is gebaseerd op bewijsmateriaal met betrekking tot klimaatverandering en duurzame ontwikkeling.
▶ Brengt urgentie over: Groener onderwijs benadrukt de urgentie van een adequate aanpak van de groeiende klimaatcrisis.
▶ Passend bij de leeftijd en ontwikkeling: de inhoud speelt in op de veranderende capaciteiten van het kind en de jongere persoon terwijl hij groeit.
▶ Inheemse invloeden: inheemse kennis en perspectieven moeten in het onderwijs worden opgenomen, vooral inheemse groepen die lokaal gevestigd zijn.
Uitgebreid en relevant
▶ Uitgebreid: het biedt mogelijkheden om uitgebreide, nauwkeurige, op feiten gebaseerde en leeftijdsadequate vaardigheden te verwerven informatie over duurzame ontwikkeling en klimaatverandering in de loop van de tijd en tijdens de formele, niet-formele en leerjaren van een leerling informeel (bijvoorbeeld musea en bibliotheken) en inclusief TVET.
▶ Levenslang: dit is een voortdurend onderwijsproces dat al op jonge leeftijd begint en waarop nieuwe informatie voortbouwt eerdere leeractiviteiten, waarbij gebruik wordt gemaakt van een spiraalvormige curriculumbenadering.
▶ Cultureel relevant en contextueel: het bevordert leerresultaten die relevant zijn voor de lokale klimaatverandering uitdagingen en oplossingen, en culturele structuren en normen die de keuzes van mensen beïnvloeden bij het aanpakken van duurzaamheid ontwikkeling en klimaatverandering.
▶ Inclusief: Bij vergroening van het onderwijs is een hele reeks actoren van binnen en buiten het onderwijs betrokken, waaronder deskundigen, ouders,
leden van de gemeenschap en lokale leiders die alternatieve perspectieven en nieuwe vaardigheden, intergenerationeel en inheems, met zich meebrengen
kennis om klimaatuitdagingen en -oplossingen te begrijpen.
▶Instellingsbreed: De principes van groener onderwijs zijn geïntegreerd in de hele leeromgeving en beïnvloeden de organisatiebrede cultuur en praktijken.
Europa onderscheidt de onderstaande (universele) competenties.
Belichamen van duurzaamheidswaarden, inclusief de competenties
Waarderen van duurzaamheid:
reflecteren op persoonlijke waarden; identificeren en uitleggen hoe waarden variëren tussen mensen en in de loop van de tijd, terwijl kritisch wordt geëvalueerd hoe ze aansluiten bij duurzaamheidswaarden.
Ondersteunen van eerlijkheid:
ondersteunen van gelijkheid en rechtvaardigheid voor huidige en toekomstige generaties en leren van vorige generaties voor duurzaamheid.
Promoten van de natuur:
erkennen dat mensen deel uitmaken van de natuur; en de behoeften en rechten van andere soorten en van de natuur zelf respecteren om gezonde en veerkrachtige ecosystemen te herstellen en regenereren.
Omarmen van complexiteit in duurzaamheid, inclusief de competenties
Systeemdenken:
een duurzaamheidsprobleem van alle kanten benaderen; tijd, ruimte en context overwegen om te begrijpen hoe elementen binnen en tussen systemen interacteren.
Kritisch denken:
informatie en argumenten beoordelen, aannames identificeren, de status quo uitdagen en reflecteren op hoe persoonlijke, sociale en culturele achtergronden het denken en de conclusies beïnvloeden.
Probleem formuleren:
Om huidige of potentiële uitdagingen te formuleren als een duurzaamheidsprobleem in termen van moeilijkheidsgraad, betrokken personen, tijd en geografische reikwijdte, om geschikte benaderingen te identificeren om problemen te anticiperen en te voorkomen, en om reeds bestaande problemen te verzachten en aan te passen.
Duurzame toekomstbeelden visualiseren, inclusief de competenties
Kan zich een duurzame toekomst voorstellen:
Alternatieve duurzame toekomstbeelden visualiseren door alternatieve scenario's te bedenken en te ontwikkelen en de stappen te identificeren die nodig zijn om een gewenste duurzame toekomst te bereiken
Aanpassingsvermogen:
Om overgangen en uitdagingen in complexe duurzaamheidssituaties te beheren en beslissingen te nemen met betrekking tot de toekomst in het licht van onzekerheid, dubbelzinnigheid en risico
Exploratory thinking:
Een relationele manier van denken aannemen door verschillende disciplines te verkennen en te koppelen, creativiteit te gebruiken en te experimenteren met nieuwe ideeën of methoden
Acteren voor duurzaamheid, inclusief de competenties
Politiek:
Door het politieke systeem navigeren, politieke verantwoordelijkheid en verantwoording voor niet-duurzaam gedrag identificeren en effectief beleid voor duurzaamheid eisen
Collectieve actie:
In samenwerking met anderen handelen voor verandering
Individueel initiatief:
Eigen potentieel voor duurzaamheid identificeren en actief bijdragen aan het verbeteren van de vooruitzichten voor de gemeenschap en de planeet
Wat kan ke zelf doen?
Nog wat vragen die je je kan stellen..
Welke rol speelt duurzaamheid nu in het curriculum van je school en welke rol wil je dat het de komende vier jaar gaat spelen?
Welke kennis, vaardigheden, houding en waarden hebben leerlingen volgens de visie van jouw school nodig om de wereld een sociaal en ecologisch duurzame plek te maken?
Wat ziet je als actuele, relevante, lokale en mondiale uitdagingen en hoe weerspiegelt het curriculum deze?
Hoe stimuleert je participatie en actie op het gebied var duurzaamheid vanuit de leerlingen?
Heb je een green-team
Hoe ecologisch en duurzaam is je gebouw. en je bedrijfsvoering? En welke ambities heb je voor de komende 4 jaar?
Wat viel er op in de CO2-nulmeting.
Hoe gaat het thema duurzaamheid terugkomen op studiedagen? Stimuleer docenten om zich in te
schrijven voor de workshop 'onderwijs voor duurzaamheid' of 'sustainability education'
En hoe ga je de komende jaren verder met CO2 reductie?
Welke aanvragen voor het duurzaamheidsfonds zijn vanuit de school ingediend en betekenen die iets voor de komende 4 jaar?