Open menu


Duurzaamheid in het sociaal werk.


Duurzamheid gaat over people, profit,  planet ofwel over het vinden van een optimum tussen sociale, ecologische en financiele zaken. 

Als sociaal werker doe je al veel aan de people kant. Je probeert jongeren, wijken en buurten of kwetsbaren in de samenleving te helpen door een prettige sfeer en door goede arbeidsomstandigheden te creeren, door eerlijk uit te betalen, door veilig, schoon en gezond te werken en door kwaliteit te leveren.

Ook aan de financiele kant kijk je naar of zaken economisch haalbaar zijn. Of het geld er wel is.

Maar vaak wordt minder gedacht aan de planet aspecten als of je let op energie(besparing) en duurzame energie, materiaal(besparing) en recycling, biobased materialen, afbreekbare materialen, materialen in cirkels (circular economy en cradle to cradle) gezonde duurzame voeding, fair trade, geen kinderarbeid, bankieren via een duurzame bank, openbaar vervoer, fietsen, stadslandbouw, meer bloemen voor bijen ect.

Als sociaal werker zou je op deze terreinen het voorbeeld moeten geven. Doe je dat ook ?

Denk je aan de bovengenoemde aspecten als je iets organiseert ?

Deze checklist helpt je er bij. Bij het organiseren van activiteiten kan je hem gebruiken om te checken of je wel duurzaam bezig bent.
Je kan hem ook mailen naar je docent.

Sociale werkers spelen een belangrijke rol in de energietransitie

- Het is een maatschappelijk thema dus een kerntaak
- Je kent het bestaand netwerk in de buurt
- Je bent de spil tussen bewoners, thema's, sociaal en techniek

Naast de energietransitie kan het ook gaan over
- klimaatadaptatie
- hittestress, vergroening, biodiversiteit
- wateroverlast
- vervoer
- circulaire economie

Er zou een minor of een keuzedeel kunnen worden opzet over

Sustainable community development

- Kennis van duurzaamheidsvraagstukken
- Generieke kennis van techniek
- Communicty building opbouwwerk
- Social design
- Netwerken in de stad /bestuur
- Presenteren en voorzitterschap

Nieuwe vragen

1. Hoe kunnen we met woningcorporaties en vastgoedbedrijven, nieuwe vormen van samenleven/samenwonen bedenken?
2. Hoe kunnen we in wijkprojecten een rol integreren voor vergroening en verduurzaming?
3. Hoe kunnen we met een ander perspectief naar Social Work kijken, waardoor het betaalbaar/toegankelijk blijft voor iedereen?

De gedoefactor (term van Gerdien de Vries, klimaatpsycholoog TU Delft)

Gedoe vermijden we zoveel mogelijk, bewust of onbewust. Dus minder gedoe helpt.

Bij het verduurzamen van je huis moet je informatie vinden voor precies jouw type woning. Dat is gedoe. Doe ik wel een keer als ik tijd heb. Dus meestal nooit. Als je die informatie uiteindelijk hebt gevonden, wil je weten of je subsidie kunt krijgen. Waar moet je zijn? Gedoe. Een installateur zoeken. Gedoe. We kennen allemaal die verhalen dat er iets misgaat. En als je er dan eentje hebt gevonden, o gruwel, dan wil hij je huis in. Heel veel gedoe! Want dan moet je de zolder opruimen. Als je alle gedoe-factoren bij elkaar optelt, is de stress zo groot dat we geneigd zijn niets te doen. En dan heb ik het hier alleen nog maar over psychologische barrières.

Als je een nieuwe vaatwasser ontwerpt en de eco-stand is één van de opties is het gedoe dat in te stellen.  Maak hem de standaardinstelling dat geeft minder geode.

Sommige gemeenten in Nederland hebben een 'energiecoach'. Die adviseert. 'Ontzorgt', heet dat dan. Prima, maar dat kan verder. Bij de belastingaangifte is het formulier van tevoren ingevuld. Stel dat je zoiets zou hebben voor woningisolatie! Je tikt je adres in en alle gegevens rollen er uit. Hoeveel zonnepanelen je kunt laten plaatsen, door welke installateur, op hoeveel subsidie je kunt rekenen. Of geeft ons uw voordeursleutel, u gaat een week naar Centerparcs en als u terugkomt, is alles klaar. 

Gedragsverandering is moeilijk. Als je het in één keer doet, kan het ook in één keer erg tegenvallen. En dan kun je je daar weer tegen afzetten, want het lukt toch niet.  Probeer je levenswijze rustig te veranderen: als je begint met sporten, kies je ook niet meteen voor een marathon. Maak de opgaven zó klein dat je succesjes kunt boeken. Op je werk? Zet je in voor meer vegetarische keuzes in de kantine. Thuis? Begin eens serieus met afvalscheiding. Scholier? Voer actie. Als dat lukt, dan heb je iets bereikt. Dat geeft al meteen een fijner gevoel.

Ook je omgeving kan helpen. Vertel wat je van plan bent. Zoals bij de Weightwatchers. Iedereen mag meekijken hoe jij probeert af te vallen. Of bij Stoptober. Verstokte rokers maken deze maand publiek dat ze proberen te stoppen. Dus vertel op Facebook bijvoorbeeld dat je een maand geen auto rijdt. Als je dan toch wordt gezien met de auto voelt dat niet goed. Als je de maand volmaakt juist wel. Wielrenners gebruiken Strava om hun prestaties met elkaar te vergelijken. Er worden nu apps ontwikkeld om zoiets mogelijk te maken met je ecologische voetafdruk.

Hoe is men minder gaan roken?

Grote gedragsveranderingen zijn teweeggebracht door de combinatie van informatie, wetgeving, prijs en omgeving. Overheid, fabrikanten, wetenschappers, journalisten, consumenten, we hebben allemaal een rol. Dus wetgeving en normering hoort er ook bij. Bij roken zag je dat mooi. Vroeger was roken normaal. Toen duidelijk werd wat het met je gezondheid doet, maakte de overheid met accijnzen sigaretten duurder. Reclame werd verboden. Je mocht niet meer in het café roken. Tegelijkertijd verschoven de normen. Vroeger zette de gastvrouw voor bezoek een glas met sigaretten op tafel, nu wijst ze op de baby die last kan hebben van de rook. Wie rookt er nog bij een ander in de auto? Er is geen wet die het verbiedt, maar je dóet het gewoon niet.

Ideeen

Je zou mensen in bejaardentehuizen kunnen vragen hoe duurzaam ze leefden toen ze jong waren. Ook zou je met ze groen tot bloei kunnen laten komen. 

Ingesprek

In Spanje gaan studenten in gesprek met ouderen over hoe duurzaam ze vroeger leefden. Of ze gaan de natuur in met gehandicapte mensen.

Nature closer

 


 

 

 

 

 

 

 

 

%MCEPASTEBIN%